Water geven in de winter – waar moet je op letten?

Zelfs de meest ervaren tuinier weet dat planten regelmatig water nodig hebben om te gedijen. Maar hoe zit het met water geven in de winter? Natuurlijk hebben planten water nodig om te overleven, zelfs in het koude seizoen. Hoe vaak en hoeveel water je geeft, hangt echter af van de plant. Winterharde buitenplanten, potplanten en kamerplanten hebben allemaal een heel andere waterbehoefte.
Buitenplanten
Winterharde planten, zoals buxus of hibiscus, kunnen in de koude maanden buiten blijven staan en vriestemperaturen trotseren. Hun grootste vijand is niet de kou, maar de droogte, omdat het in de winter zelden regent en vaker sneeuwt. Sneeuw dringt echter zelden door tot de wortels van de plant. Bovendien is de grond meestal bevroren, waardoor de planten ook daar geen vocht uit kunnen opnemen. De winterzon zorgt er echter voor dat het reeds opgenomen water zeer snel verdampt, vooral via de bladeren van groenblijvende planten. Het gevolg: watertekort en uitdroging.
Je kunt dit tegengaan door royaal water te geven, vooral bij groenblijvende planten, die veel water nodig hebben. Droge planten kunnen zuiniger worden bewaterd, maar hebben nog steeds regelmatig water nodig. Vorstvrije dagen zijn ideaal om droge grond goed water te geven.
Potplanten
Potplanten die binnen moeten overwinteren, verliezen aanzienlijk hun vitale functies en moeten daarom spaarzaam water krijgen – sommige, zoals de engelentrompet, helemaal niet. Ook hier verschilt de benodigde hoeveelheid water per soort, maar over het algemeen geldt:
- de grond in de pot moet volledig droog zijn voordat u opnieuw water geeft
- Eén keer per week water geven is meestal voldoende
- hoe lager de temperaturen, hoe minder vaak je water hoeft te geven
Als je plant ondanks regelmatige watergift en een vochtige grond blad begint te verliezen, ligt dat meestal niet aan een gebrek aan water, maar eerder aan een verkeerde standplaats. Onze tip: de winterverblijfplaats voor je potplanten moet licht en niet te warm zijn, bij voorkeur een lichte kelder of schuur, of een lichtrijke trap.
Kamerplanten
Kamerplanten hebben minder aanpassing in hun watergift nodig dan buitenplanten of potplanten. Zeer warme ruimtes vereisen vaker water dan koelere. Ook hier geldt: geef alleen water als het grondoppervlak er droog uitziet. Niet alleen te weinig water geven is een probleem voor planten, maar ook te veel water kan een probleem zijn. Al het water dat na een uur nog in de sierpot of schotel staat, moet worden weggegooid, anders krijgen de wortels onvoldoende zuurstof en gaan ze rotten. Dit wordt wateroverlast genoemd.
Overigens: vooral in verwarmde ruimtes met droge lucht is het aan te raden om planten naast water geven ook af en toe met water te besproeien. Regenwater is het beste, omdat het geen kalk bevat. Je kunt ook waterbakjes tussen je favoriete planten plaatsen of – de hightechoplossing – een elektrische luchtbevochtiger gebruiken.